Terug naar overzicht                                                     Terug naar beginpagina

 

Handelingswijzer voor

 

AD(H)D

aandachtstekort stoornis (met hyperactiviteit)

 

DSM-IV

ADHD heeft een DSM-IV klassering

 

Definitie van het probleem en enkele wetens-waardigheden

Een aandachtstekort stoornis is een pyschische stoornis die begint in de kinderleeftijd. Er is sprake van een afwijking in het functioneren van de hersenen. Er zijn drie typen:

1.      Aandachtszwakke type: ADD

2.      Hyperactief/impulsieve type

3.      Mengvorm (deze is het meest bestudeerd)

 

Wat zie ik in de klas, hoe herken ik dit gedrag /deze stoornis?

Aandachtsproblemen: deze leerlingen hebben meer dan gemiddeld moeite om:

  • Aan het werk te gaan en te blijven
  • Aanwijzingen op te volgen
  • Hun werk te organiseren
  • Hun werk af te maken
  • Zich te richten op details
  • Zich te herinneren wat ze van plan waren
  • Zich te herinneren waar ze hun spullen laten
  • Prikkels van buiten te negeren
  • Vlot te reproduceren wat ze hebben geleerd (terwijl ze het wel weten)

 

Hyperactiviteit-impulsiviteit: deze leerlingen hebben meer dan gemiddeld moeite om:

  • Handen en voeten stil te houden, rustig op een stoel te zitten
  • Op de plaats in de klas te blijven zitten; ze staan zomaar op
  • Op hun beurt te wachten

Wat doen deze leerlingen wel:

  • Zijn voortdurend in de weer en draven maar door
  • Praten aan één stuk
  • Zijn rusteloos
  • Houden zich tijdens de les bezig met andere zaken: krassen, pennen demonteren, praten met buren etc.
  • Gooien het antwoord er al uit voordat de vraag afgemaakt is
  • Verstoren bezigheden van anderen of dringen zich op

 

Buiten de klas: maken van fysiek contact. ‘Gevaarlijke’ dingen voor zichzelf en anderen. (pootje haken, laten struikelen, duwen, tassen weggooien)

 

Wanneer de normale lesgang wordt doorbroken, zijn ze “van slag”.

 

De beste aanpak in de klas

  • Geef korte, duidelijke opdrachten
  • Herhaal steeds regels en afspraken
  • Zorg voor voldoende prikkelende, uitdagende lesstof, anders verslapt de aandacht onmiddellijk
  • Beloon en complimenteer vaak
  • Geef alternatieven bij ongewenst gedrag
  • Probeer tijdens klassikale les zoveel mogelijk oogcontact te houden. Dan zie je ook eerder of de leerling gaat afdwalen of drukker wordt
  • Plan rust- en ontspanningsmomenten
  • Stel gewoon vriendelijk, maar strikt wat de leerling moet doen. Laat je niet tot discussies verleiden. Verbaliseer niet te veel
  • Zorg voor afgeschermde werkplek: apart en vooraan dicht bij de leerkracht (niet bij raam of deur)
  • Leer de leerling telkens zijn werk na te kijken om zoveel mogelijk slordigheidsfouten te voorkomen
  • Blijf het pittige, energierijke, vertederende kind achter de druktemaker zien

 

In ieder geval niet doen

  • Niet zonder begeleiding laten samenwerken.
  • Gedrag bestraffen zonder alternatieven aan te bieden
  • Bij raam of deur neerzetten

 

 

Ervaringen met deze handelingswijzer s.v.p. opsturen aan cordys@cordys.nl